Nobelprijswinnaars
De RUG heeft een aantal Nobelprijswinnaars voortgebracht. Twee van deze winnaars waren verbonden als hoogleraar aan de universiteit toen ze de prijs in ontvangst mochten nemen. Daarnaast zijn er twee Nobelprijswinnaars die een (deel van) hun opleiding en onderzoek aan de universiteit in Groningen deden.
Prijswinnaar | Jaar | Wetenschapsgebied |
Prof.dr. Ben Feringa, moleculaire machines | 2016 | Scheikunde |
Prof.dr. Frits Zernike, fasecontrastmicroscoop | 1953 | Natuurkunde |
Andere nobelprijswinnaars:
Prijswinnaar | Jaar | Wetenschapsgebied |
Albert Szent-Györgyi, celademhaling en vitamine C | 1937 | Medicijnen |
Heike Kamerlingh Onnes, eigenschappen van materie bij lage temperaturen | 1913 | Natuurkunde |
Albert Szent-Györgyi
De Hongaar Albert Szent-Györgyi studeerde geneeskunde in Boedapest, maar moest zijn studie onderbreken om tijdens de Eerste Wereldoorlog aan het front te vechten. Na de oorlog kwam hij in 1920 in Leiden terecht. Twee jaar later ging hij naar het laboratorium van prof.dr. H.J. Hamburger aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij vier jaar lang zou werken.
Szent-Györgyi deed in zijn Gronings laboratorium onderzoek naar celademhaling en biologische oxidatie. Een stof in sommige planten – zoals citrusvruchten – bleek het oxidatieproces sterk te onderdrukken. In 1931 stelde hij vast dat deze stof vitamine C was.
Voor deze ontdekking kreeg Szent-Györgyi in 1937 de Nobelprijs voor Medicijnen.
Bij University of Groningen Press (UGP) is het boek Een Nobelprijs geboren in Groningen: Albert Szent-Györgyi (1893 – 1986) gepubliceerd, geschreven door Erik Drücker. In dit open access boek beschrijft de auteur Alberts veelbewogen leven. Een leven vol oorlog en controverse, maar ook humor en natuurlijk heel veel wetenschap.
Heike Kamerlingh Onnes
"Door meten tot weten", dat was het motto van Heike Kamerlingh Onnes.
In zijn laboratorium in Leiden deed Kamerlingh Onnes onderzoek naar het vloeibaar maken van gassen. Hij richtte een school op voor instrumentmakers om zijn laboratorium zo goed mogelijk uit te rusten voor zijn metingen.
Op 10 juli 1908 slaagde Heike Kamerlingh Onnes er als eerste in om helium bij een temperatuur van -269 ºC vloeibaar te maken. Voor deze prestatie ontving hij in 1913 de Nobelprijs.
Kamerlingh Onnes was niet in Leiden begonnen, als geboren Groninger studeerde hij wis- en natuurkunde aan de Rijksuniversiteit. In 1870 haalde hij zijn propedeuse in de scheikunde. Na dit eerste jaar verliet hij de RUG om in Heidelberg verder te studeren. In 1873 keerde hij terug naar Groningen en promoveerde in 1879. Drie jaar later werd hij hoogleraar aan de Universiteit van Leiden.
Er is in Groningen een straat naar Kamerlingh Onnes vernoemd.
Laatst gewijzigd: | 13 april 2023 11:30 |